tijd : (ezalisi) OTT - onvoltooid tegenwoordige tijd (ik werk, ik dans,...) of VTT - voltooid tegenwoordige tijd (ik heb gewerkt, ik heb gedanst,...) (-i)
persoon : tweede persoon enkelvoud (jij/je)
infixe : -ol : reversief ( het tegenovergestelde van ... of conversief )