vertaling / woordenboek Lingala - Nederlands
bafingi
bafingi,
werkwoordsvorm
- infinitief : kofinga
- tijd : (ezalisi) OTT - onvoltooid tegenwoordige tijd (ik werk, ik dans,...) of VTT - voltooid tegenwoordige tijd (ik heb gewerkt, ik heb gedanst,...) (-i)
- persoon : derde persoon meervoud (zij/ze/men)
kofinga,
regelmatige constructie (stam : fing) (klasse 15 : ko- (werkwoorden))
beledigen