woordenboek / vertaling Lingala - Nederlands [elanga]

elanga, werkwoordsvorm

infinitief : kolánga
tijd : (eleká kala etikalá) passé lointain figé (tosálá = nous avons travaillé) of (mposa) aanvoegende wijs (subjonctief) (drukt wens, voorwaarde, onzekerheid (irrealis) uit) (ezala = que ce soit)
persoon : derde persoon enkelvoud of meervoud (objecten) (het/dat)

kolánga, regelmatige constructie (stam : lang) (klasse 15 : ko- (werkwoorden))

zich bezatten
dronken geraken

afgeleiden : bolángá

zie ook : kolangwa, kolangwe

elanga, mv. bilanga (klasse 7/8 : e- / bi-)

tuin, weide, plantsoen
wat geplant is
droog seizoen, laag water, jaar

4 voorbeelden (bandakisa mínei) ...

biso toza koyoka malili na elanga na biso ya lokuta.: Wij, wij hebben kou met ons vals droog seizoen.
Pilipili ya elanga ya yo, moto mosusu akolia yango. Gezegde/uitdrukking (niet letterlijk vertalen): De peper van jouw veld, iemand anders zal hem opeten.
bilanga nsambo, ngombe mafuta Gezegde/uitdrukking (niet letterlijk vertalen) © gen 41: na zeven jaar, de vette koeien (na het afzien, de verdienste)
elanga ya vino: wijngaard

vertaling / woordenboek Lingala - Nederlands