vertaling / woordenboek Lingala - Nederlands
ekosila
ekosila,
werkwoordsvorm
- infinitief : kosila
- tijd : (ekoya, ndaka) toekomst (ik zal werken, jij zal dansen,...)
- persoon : derde persoon enkelvoud of meervoud (objecten) (het/dat)
kosila,
regelmatige constructie (stam : sil) (klasse 15 : ko- (werkwoorden))
beëindigen, afwerken
kosilisa
beëindigen, afwerken